Campervan rit 2 door Victoria, Canberra en NSW - Reisverslag uit Noosa Heads, Australië van Antoinette Bergsma - WaarBenJij.nu Campervan rit 2 door Victoria, Canberra en NSW - Reisverslag uit Noosa Heads, Australië van Antoinette Bergsma - WaarBenJij.nu

Campervan rit 2 door Victoria, Canberra en NSW

Door: Tijm

Blijf op de hoogte en volg Antoinette

16 Februari 2016 | Australië, Noosa Heads

Melbourne, 16 tot 19 februari
Weer: bewolkt, afgewisseld met zonneschijn

Melbourne is precies zoals mensen het beschrijven. Een stad die Europees aanvoelt door de gezellige straatjes en een goede vibe. De eerst twee nachten slapen we in een hotel in chinatown (op één of andere manier komen we vaker terecht in het Aziatische deel van een stad). Het hotel ligt midden in het centrum aan een drukke straat vol Aziatische eettentjes. Vanaf hier ontdekken we het leven in het centrum, eten we bij verschillende heerlijke en minder heerlijke eettentjes, bekijken we de bezienswaardigheden en chillen we in het hotel. Wat me vooral is bijgebleven is de enorme hoeveelheid winkels die in een labyrint van gangen, roltrappen en luchtbruggen aan elkaar en boven elkaar zitten. Hierbinnen zitten niet alleen winkels maar ook enorm veel eetgelegenheden, pleinen vol, met zoveel keus dat je hier de hele dag wel kan doorgaan met eten. We komen er achter dat je zelfs van het centraal station waar we met de tram naartoe waren gegaan, via allemaal binnenruimtes bij ons hotel terug kan komen. We besluiten om voor de derde nacht te ‘verhuizen’ naar een service apartment op de Southbank. Hier kunnen we (An) onze wasjes inhalen en chillen in wat meer luxe om opgeladen te zijn voor het laatste deel van onze reis. Dit pakt goed uit. We blijken een splinternieuw appartement te hebben op de 29ste verdieping. Het uitzicht is geweldig! Vanaf hier loop je in 10 minuten naar de gezelligheid rondom de Yarra rivier. We gaan hier naar een kroeg die op een pijler onder een brug zit genaamd Ponyfish Island. Top! We zijn klaar voor het volgende campervan avontuur.

The Great Ocean Road, 19 en 20 februari
Weer: wisselvallig

We nemen een taxi naar de Jucy dealer om onze campervan op te halen.
Hier aangekomen blijkt onze camper erg oud en vies te zijn en het ruikt niet erg fris. Er loopt ook nog eens een enorme spin (ja, weer een huntsman) over de deur naar binnen dus An helemaal in de stress. Die dag begint het weer ook om te slaan van zon naar regen en kou dus het leven in een camper is weer even omschakelen na het luxe appartement ;)

Het rijden in de campervan went snel en doordat we door het regenachtige weer niet op veel plekken stoppen maken we aardig wat kilometers. We overnachten de eerste nacht bij Cape Otway in het Great Otway National Park. We hebben deze camping uitgekozen omdat in dit gebied veel koala’s zitten. Onderweg naar de camping wordt de belofte direct ingelost. We rijden over een weg die dwars door het indrukwekkende natuurgebied loopt en zien plots wat in een boom en direct ook een hoop auto’s die lang de weg gestopt zijn en allemaal toeristen die omhoog staan te kijken. Wauw! Vier koala’s die niet al te hoog in de bomen zitten. Wat een gave (schattige) beestjes! Drie slapen maar één is wat actiever, wat mooie foto’s oplevert :). De vrijheid van het rondtrekken met een campervan laat ons de ongemakken weer snel vergeten. We slapen op een camping tussen de kippen en paarden en ontmoeten weer verschillende leuke mensen.

De volgende dag trekken we verder langs de Great Ocean Road. Wanneer we ergens stoppen vraagt een jonge dame aan ons of ze met een vriendin mee kan liften naar Warrnambool. Prima. We verbouwen onze campervan wat om ruimte te maken voor de dames en hun backpacks. Met zijn vieren rijden we door en bekijken we de hotspots zoals de Twelve Apostles. Gaaf! Indrukwekkend wat voor impact de krachtige golven van de grote oceaan op de krijtrotsen hebben. Aangezien onze lifters al drie dagen wandelen op vier pakjes instant noodles omdat beesten hun eten hadden gestolen, maken we een paar goede tosti’s voor ze. Het smaakt duidelijk goed wat ik me kan voorstellen. Afgelopen dag hadden ze 28 km gelopen! We zetten de dames af in Warrnambool en rijden naar een camping in een nabij gelegen dorpje Koroit waar het heerlijk rustig is (afgezien van het geluid dat geproduceerd wordt door honderden kaketoes).

Grampians, 20 en 24 februari
Weer: bewolk, afgewisseld met af toe blauwe lucht

Na eerst flink eten en drinken te hebben ingeslagen in Warrnambool rijden we het binnenland in naar de Grampians. De camping staat midden in het natuurgebied, is omringt door mooie rotspartijen en er zijn hier nog meer dieren te vinden dan mensen. Het lijkt hier wel of mensen en (de rest van de) dieren tot elkaar zijn gekomen en vredig samen leven. Het stikt op de camping van de kaketoes, papegaaien, eenden en kangoeroes die rustig tussen alle kampeerders in leven. Naast de camping is een open veldje waar een grote groep emoes tussen alle kangoeroes rondstruinen. Er lopen herten aan de andere kant van de camping. Er komt een hert tot 10 meter van onze campervan, eet rustig wat takjes en is totaal niet onder de indruk van ons. Bizar! De rest van de dag genieten we vooral van het chillen tussen de kangoeroes.

De volgende dag vertrekken we richting een uitzichtpunt Reed Lookout vanwaar we een wandelingetje maken naar de balconies. Deze overhangende rotsen boven een diep dal zijn een plek waar toeristen zich vermaken door foto’s te maken van elkaar terwijl ze op het puntje van een overhangende rots gaan zitten, wat er vrij gevaarlijk uitziet mede door alle scheuren die in de rots zitten. Daar komen we een Spaans koppel tegen die we kennen van een camping op de Great Ocean Rd. Na bijgepraat te hebben besluiten we met zijn vieren naar de MacKenzie waterfalls te gaan. Deze watervallen blijken erg mooi te zijn en we kletsen volop met onze reisgenoten. De dag erna wandelen we naar de Pinnacles waar de rotsen eruit zien als een stel reuzen creatief bezig zijn geweest. Via Silent Street, wat een soort natuurlijk gevormd steegje in de rotsen is, komen we uit bij een lookout wat uitzicht biedt over de vallei waar onze camping in miniatuur te zien is. De wandeling terug blijkt iets lastiger te gaan aangezien we het pad over de rotsen kwijtraken, maar uiteindelijk belanden we offroad bij de parkeerplaats. Die avond nuttigen we ons eten en drinken we een paar wijntjes samen met een Duits gezinnetje die we al voor de derde keer tegenkomen tijdens onze reis ook al doen zij een totaal andere route en volgorde.

Door het binnenland van Victoria naar de oostkust, 24 tot 29 februari
Weer: extreem warm weer, onbewolkt

De tocht geeft een indruk van de ongelofelijke uitgestrektheid van het Australische binnenland. We rijden uren achter elkaar langs enorme droge weilanden met hier en daar wat koeien en door eindeloze graanvelden. Mede door het zonnige weer is het heerlijk om hier rond te cruisen.

We stoppen in Maryborough waar een mooi oud stationgebouw te zien is waarna we doorrijden naar onze eerste overnachtingplaats vlak voor Bendigo. De plek is ensuite dus we hebben hier een eigen douchegebouwtje. Het is hier erg rustig. We hebben de rest van de dag de Campkitchen en het zwembad voor ons zelf.

We vertrekken de volgende dag zoals gebruikelijk om een uurtje of half 11, een half uurtje later dan we horen uit te checken, naar Bendigo. Deze stad is ooit ontstaan doordat een aantal vrouwen daar goud vonden in een rivier en, zoals vrouwen nou eenmaal doen, vertelden ze het aan iedereen. Voor ze terug kwamen bij de plek zaten er honderden goudzoekers. Bendigo is nu één grote gatenkaas. De diepste mijn is meer dan een kilometer diep. Zelf gaan we daar met een tour mee de goudmijn in tot 60 meter diep. We krijgen een indruk van het leven van de mijnwerkers die daar tot op het bot toe uitgebuit werden door de mijnbedrijven (behalve degenen die het lukte om wat goud naar buiten te smokkelen waar ze zeer creatief in waren).

Nadat we nog een rondje om een enorme katholieke kerk lopen rijden we door naar Echuca, een stadje aan de Murray River. Hier hebben we op de camping weer een camp kitchen en zwembad voor onszelf. Blijkbaar is het in deze streek erg rustig buiten de Australische vakantieperiode om. We blijven hier een dagje extra waarop we niet veel bijzonders uitspoken behalve genieten van de Australische zon, een goed boek en het zwembad. We willen graag met een tour mee die niet op vrijdag te doen is.

Vandaag is de dag van de tour. We gaan op een bootje van Kingfisher Cruises mee de wetlands in van Barmah National Park om ijsvogels, slangen en andere wildlife te spotten. We zien eerst een baby slangetje door het water ‘zwemmen’. Het is een zwarte adder (Red Bellied Black Snake). Vervolgens zien we een slapende koala vrij hoog in een boom en op het einde van de heenreis zien we een aalscholver die vermomd is als pinguïn (litttle pied cormorant) maar helaas geen ijsvogels. De terugweg gaan we met de stroom mee wat een stuk sneller gaat. Vlakbij onze eindbestemming stopt de boot abrupt, keert om en vaart richting de kant. Ze blijkt een ijsvogel te hebben gespot tussen de takken van een treurwilg. Ik zie hem en probeer hem op een bewegende boot tussen de takken door te fotograferen maar dan is dit mooie blauwe vogeltje alweer verdwenen. An heeft hem helemaal gemist maar waarschijnlijk was ik toch degene die hem liever wilde spotten ;) Achteraf kom ik er achter dat de volgens die apengeluiden maken, de kookaburra’s, ook ijsvogels zijn dus blijken we al harstikke veel ijsvogels te hebben gezien.

We rijden na de tour nog een behoorlijk stuk door. Ineens zien we een heel apart landschap naast ons. We stoppen langs de weg om het nader te bekijken. Allemaal dode bomen die uit een meer rijzen zo ver als het oog reikt. Het blijkt Lake Mulwala te zijn. Dit bos is ondergelopen toen er een dam geplaatst werd.

We overnachten in Albury en rijden na het ontbijt richting de hoofdstad van Australië, Canberra. Onderweg stoppen we in het historische stadje Jugion waar we een overheerlijke appelwalnotentaart eten op een terras onder de druivenstruiken in de Long Track Pantry wat zeker een aanrader is voor een stop als je in de buurt bent. Tijdens de tocht verandert het landschap langzaam van dor en droog boerenland naar wat heuvelachtiger en iets groener landschap. De camping waar we overnachten ligt 15 min buiten Canberra en we passeren de stad via een binnendoorweggetje.

De volgende dag gaan we eerst naar een uitkijkpunt vanwaar de geometrische structuur van de stad goed te zien is. De hoofdstad is precies tussen de megasteden Sydney en Melbourne vanuit niets opgebouwd, als compromis voor de competerende steden. De architect kon hierdoor flink losgaan met zichtlijnen die ook precies richting de heuvel gaan waar we staan. Na hier wat geouwehoerd te hebben met een stelletje uit Londen gaan we naar het centrum waar we wat shoppen, rondkijken en lunchen. We bezoeken het warmemorial die Australiërs in alle grote steden lijken te bouwen, waarna we naar het Parliament House gaan. Hier gaan we naar het dak om van het uitzicht te genieten en bekijk ik een stukje van een parlementaire vergadering waar een dame een betoog hield voor het verbeteren van de beschikbaarheid van mobiel internet waar twee parlementariërs en wat secretarissen in een verder lege zaal naar luisterden. Na 7 weken Australisch nieuws volgen toch geinig om te zien hoe het er echt aan toe gaat. Om een uurtje of 16.00 vertrekken we richting onze volgende bestemming. Tijdens het rijden hebben we het er net over dat we nog heel graag wombats willen zien en tien tellen later ligt er een enorme roadkill wombat langs de weg en even later volgt er nog één. Niet helemaal wat we bedoelden.. We rijden door een aantal gigantische rainforestachtige gebieden waar het natuurlijk begint te regenen, de mist steeds intenser wordt en de weggetjes steeds steiler. Ik krijg direct weer het Indiana Jones gevoel van het avontuur opzoeken en baal ervan dat onze reis al weer bijna voorbij is. Om 18.00 uur komen we nog net voordat de receptie gaat sluiten aan bij de camping aan de kust bij Murramarang National Park waar we overnachten.

Oostkust onder Sydney en de terugreis, 29 februari tot 8 maart
Weer: warm en winderig

De volgende dag doen we boodschappen in Batemans Bay waar we een kop koffie drinken bij McDonalds, zodat we gebruik kunnen maken van de wifi. Terug bij de camping lopen we naar het strand waarna we ons opsplitsen. An gaat lekker bij het zwembad een boekje lezen en ik loop de bossen in op zoek naar wilde dieren, goud of ander soortig avontuur. Wel een mooie wandeling maar de enige wildlife die ik aantref zijn kangoeroes die in dit stadium van onze reis zo gewoon zijn geworden als in Nederland een koe ;) Die avond zitten we in de Camp Kitchen als er een man van een jaartje of 65 naar ons toe komt. Hij vertelt dat er 2 grote leguanen op de camping zaten vandaag en dat hij ons gezocht had omdat wij dat als toeristen vast wel wilden zien. De man blijkt zijn huis te hebben verkocht en met zijn vrouw rond te trekken zonder plan en enigszins wanhopig. Zijn vrouw heeft een hersenziekte en is tot steeds minder in staat. Hij weet heel veel over de natuur en verteld ons veel nieuwe dingen. Eén van de dingen die we van hem leren en wij ons al heel lang afvroegen is welke vogel nou het geluid maakt alsof het een mokingjay is die rechtstreeks uit The Hungergames is komen vliegen. Het blijkt een grey butcherbird te zijn. Zijn vrouw komt erbij zitten. Ze is erg vriendelijk maar is duidelijk niet meer helemaal zichzelf door haar ziekte. Hij helpt haar bij alles wat ze probeert te doen of vertellen. Hij haalt een worst uit de koelkast en zal die de volgende dag als lokmiddel gebruiken zodat wij de leguanen kunnen zien voor we verder reizen wat de volgende dag dan ook volgens plan gebeurd. Wat een leuke en aandoenlijke mensen!

We rijden door naar Jervis bay waar we bij het plaatsje Huskisson op een camping staan. Hier gaan we naar een van de witste stranden van de wereld Hyams Beach wat inderdaad ontzettend wit zand heeft maar verder niet super indrukwekkend is. We hebben dan natuurlijk al erg veel fantastische stranden gezien hier in Australië. We praten de hele avond met een Engels stel die ons vertellen over hun avonturen in verschillende Aziatische landen en vooral heel enthousiast zijn over Indonesië. Klinkt als een goed startpunt voor onze volgende reis ;) We blijven nog een dag in Jervis Bay waarop we een mooie strandwandeling maken en de avond besteden aan kaarten met een stel Finse jongelui waardoor het de tweede dag op rij een latertje wordt (voor ons doen). Na een tip van onze Engelse medereizigers sta ik de volgende ochtend vroeg op om dolfijnen te spotten op het strand bij onze camping. Ik zie geen dolfijnen, maar zo zie ik de zon wel een keer opkomen in de zee wat ook de moeite waard is.

Onze volgende bestemming is Kiama. We rijden er naar toe via een toeristische route die ons door het mooie groene landschap langs de kust. We gaan naar een blowhole die niet blowt en chillen verder wat op een camping. De volgende dag rijden we verder langs de kust naar onze laatste overnachtingsplaats Wollongong. Best grote plaats. Het zuiden van deze plaats bestaat uit industrie en een kolenmijn wat we hadden kunnen weten aangezien we met een man hebben gesproken die in Wollongong in de kolenmijn werkt. Hoe verder je naar het noorden rijdt in deze stad hoe mooier het wordt.

Het centrum van Wollongong is leuker dan we hadden verwacht. Het heeft een autovrij winkelgebied wat we niet veel zijn tegengekomen in Australië. Nadat we allebei een hoed hebben gekocht (wat we eigenlijk in het begin van onze reis hadden moeten doen) gaan we door naar onze camping aan het Corrimal Beach. Hier brengen we de laatste dag ontspannen door en bereiden we ons voor op de reis naar huis. De volgende dag nemen we een toeristische route langs wat uitkijkpunten naar Sydney. We leveren de camper weer onbeschadigd in. Ik heb nu ruim 5000 kilometer gereden in Australië waarbij ik uiteraard op rationele gronden geen verzekering heb genomen. Eindrapport; 1 lekke band, 1 rotonde rechtsom gepakt, bij 2 afslagen op de rechterbaan uitgekomen en 0 ongelukken. Rechts rijden in Nederland wordt wennen!

De twee maanden rondtrekken door Australië zijn in een flits voorbij gegaan. We hebben allebei totaal geen zin om naar huis te gaan. Het reizen bevalt goed en alle reisverhalen die we onderweg horen geven ons inspiratie voor nieuwe avonturen. We zijn elkaar na 2 maanden op elkaars lip zitten ook nog steeds niet beu. Maar aangezien we de ticket naar huis al hebben betaald, op ons werk met enige urgentie en verlangen naar onze wederkeer wordt uitgekeken en we de mensen thuis wel weer eens willen zien gaan we toch maar naar huis.

We gaan met de bus naar het vliegveld. Hier hangen we rond voordat we naar Guangzhou vliegen in de nacht. We komen ’s ochtends aan in Guangzhou waar we naar een hotel gebracht worden wat net als op de heenreis door de vliegmaatschappij aangeboden wordt. We hebben hier 19 uur en aangezien we beiden niet geslapen hebben brengen we de tijd in het hotel door met slapen en eten. De vliegreis naar Nederland is weer ’s nachts en we komen na een vlucht met redelijk wat turbulentie enigszins gebroken aan op Schiphol. We worden opgehaald door Esther wat natuurlijk erg chill is. Thuis aangekomen is het huis opgevrolijkt met ballonnen en rood, wit, blauwe bloemen, er ligt drop en een kaartje en dan staat er ook nog eens een ontbijtje voor ons klaar. Zo voelt het weer goed om thuis te komen. Nu iedereen weer zien <3

Reageer op dit reisverslag

Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley

Antoinette

Actief sinds 12 Jan. 2016
Verslag gelezen: 1150
Totaal aantal bezoekers 3736

Voorgaande reizen:

12 Januari 2016 - 08 Maart 2016

Tijm en An in Australie

Landen bezocht: